Bas van de Goor: sensor & sporten

In het laatste jaar van zijn carrière als topsporter kreeg volleyballer Bas van de Goor de diagnose type 1 diabetes. Het weerhield hem er niet van op het hoogste niveau te blijven sporten. Nu, jaren later, staat nog steeds elke dag in het teken van zowel de sport als de aandoening. Bas van de Goor: “Diabetes is voor mij een extra reden geworden om te sporten”.

In 2006 richtte Bas samen met Petra Seegers de Bas van de Goor Foundation op. Deze stichting helpt en inspireert mensen met diabetes om hun kwaliteit van leven te verbeteren door middel van sport en bewegen. Bosman zocht hem op en vroeg hem zijn persoonlijke ervaringen en de rol die een sensor speelt bij het sporten met diabetes.

Bas, jouw leven stond een aantal keer behoorlijk op zijn kop. Hoe heb je de diagnose type 1 diabetes ervaren?

“Diabetes én het hebben van kinderen (Bas heeft er vier) zijn beide vrijwel elke minuut van de dag in mijn gedachten. Qua gezondheid staat de impact van de diagnose op de tweede plaats. In 2016 kreeg ik lymfeklierkanker en stond ineens mijn leven op het spel. Dat was heftiger.”

“Diabetes heeft zowel een positieve als een negatieve kant. Natuurlijk, je kunt het beter niet hebben. Maar het geeft me wel de mogelijkheid om met de Bas van de Goor Foundation veel mensen te helpen die ook diabetes hebben.”

Wat hebben diabetes en sport met elkaar te maken?

“Als topsporter had ik allerlei vragen waar mijn behandelteam geen antwoord op wist. Toen ik me er zelf in ging verdiepen, ontdekte ik dat er gewoon heel weinig bekend was over sporten met diabetes. Via de stichting proberen we daar verandering in te brengen.”

“Sporten heeft een gunstig effect op de glucosewaarden van een diabetespatiënt, maar niet direct. In eerste instantie raak je juist wat ontregeld, om daarna twee dagen te profiteren van hele efficiënte insuline. Die onbalans is moeilijk te managen en daarom werd het mensen met diabetes afgeraden om te sporten. Terwijl ze er juist heel erg van kunnen profiteren.”

Welke hulpmiddelen gebruik je zelf en wat betekent dit voor jouw dagelijks leven?

“Momenteel heb ik het nieuwste systeem van Medtronic: de MiniMed 780G. Dankzij mijn CGM weet ik wat de dagelijkse praktijk met mijn glucosewaarden doet. Ik zie wat het effect is van een uurtje bewegen en van bepaalde voedingsmiddelen. Maar daarnaast neemt de MiniMed 780G het heft in eigen hand en ondersteunt me bij het glucosemanagement op basis van de data die de sensor doorgeeft. Daardoor wordt mijn glucoseregulatie stabieler. Onze nachtrust wordt veel minder verstoord door alarmen vanwege een hypo of hyper en ik start elke dag met een goede basiswaarde van rond de 5,5. Dat is heel fijn. Niets is zo vermoeiend als te hoog eindigen en corrigerend de dag door zien te komen. Zonder de MiniMed 780G zou ik veel vaker een slechte dag hebben. Voorheen was de pomp een instrument om insuline mee toe te dienen. Nu is het een maatje dat met mij meedenkt, mij helpt bij het managen van mijn diabetes.”

Hoe helpt de MiniMed 780G in combinatie met bijhorende CGM jou tijdens het sporten?

“De MiniMed 780G ondersteunt met name het effect van sporten op middellange termijn. Als ik om de dag een uurtje sport, is mijn insuline efficiënt. Als ik een keer oversla, wordt dat minder en moet ik eigenlijk handmatig aanpassingen doen in mijn insulinebehoefte. Bij de MiniMed 780G hoeft dat niet. Het enige dat ik handmatig moet managen, is het sporten zelf. Dat is in het begin wel even zoeken en uitproberen, maar dat gaat nu goed.”

Is CGM voor jou noodzakelijk om te kunnen sporten?

“Nee. Ook met een insulinepen zou ik blijven sporten: om fitter en energieker door het leven te gaan én om mijn glucosewaarden beter te managen. Diabetes is voor mij nog een extra reden geworden om te sporten. Maar dat wil niet zeggen dat ik altijd sta te trappelen om te gaan. Voor mij werkt het goed als ik een doel heb om naartoe te werken, zoals meedoen aan een sportevenement. Op sportief gebied daag ik mezelf nog steeds uit.”